Digitale geletterdheid en 21ste-eeuwse vaardigheden

‘We willen opleiden voor de toekomst’

Wat moet de school in de 21ste eeuw kinderen eigenlijk leren? En komt dit al voldoende aan bod in het huidige onderwijs? SLO is druk bezig dat te onderzoeken. Op GBS De Horizon zijn ze ondertussen al met 21ste-eeuwse vaardigheden aan de slag gegaan.

Maandagmiddag, 13.00 uur. ‘Jongens en meisjes, ga zitten op je stoel, doe je boeken en tablets dicht en kijk naar het digibord’, zegt juf Rianne Houwelingen tegen de leerlingen van groep 6 van GBS De Horizon uit Hoogland. ‘Jullie zien daar een mindmap met in het midden het woord water. Wie helpt me deze aan te vullen?’ Verschillende vingers gaan de lucht in. ‘Regenwater’, zegt een jongetje. De juf maakt een hokje op het bord en vult het woord in. Binnen de kortste keren breidt de mindmap zich uit met woorden als: slootwater, geiser, waterkringloop, kraanwater en verbijzonderingen bij deze woorden (zoals drinken, gezond en helder bij kraanwater). Juf Rianne is al enige lessen bezig met het project ‘water’. Eerst heeft ze de belangstelling van leerlingen gewekt door hen allerlei proefjes te laten doen. Zo ontdekten zij dat een ei zinkt als je het in een glas water doet, maar niet als je eerst zout in het water strooit. ‘Dat vonden ze heel interessant’, weet Rianne nog. Sigrid Loenen, leerplanontwikkelaar bij SLO: ‘Het doen van proefjes motiveert leerlingen. Ze houden van zelf experimenteren, ontdekken zonder vooropgesteld plan, bedenken hoe het kan dat… Of wat er gebeurt als… Er wordt een beroep gedaan op hun probleemoplossend vermogen, een belangrijke 21ste-eeuwse vaardigheid (zie kader). Ook het leren leren, zelfregulering, wordt gestimuleerd.’

Onderzoeksvragen
Toen de leerlingen klaar waren met de proefjes, hebben ze in tweetallen mindmaps over water gemaakt op papier. Vandaag gaan ze die uitwerken en kijken ze of ze op basis hiervan een onderzoeksvraag kunnen formuleren. ‘Ik heb een hele stapel boeken over water bij de bibliotheek gehaald’, zegt juf Rianne. ‘En natuurlijk mag je ook je tablet gebruiken.’ Dat laten de leerlingen zich geen twee keer zeggen. Twee jongens surfen direct naar Wikipedia. ‘Hier staat dat water bestaat uit H2O’, zegt de een. ‘Nee joh, dat is de chemische naam voor water’, zegt de ander wijs. Een groepje bekijkt ondertussen een filmpje over een man die van een berg in een waterval springt. ‘Zou dit echt zijn?’, vraagt een leerling zich af. ‘Het ziet er wel heftig uit. Ik denk dat wij maar een onderzoek over watervallen gaan doen. Met internet, want boeken daarover bestaan bijna niet.’ Terwijl de kinderen van groep 6 hard nadenken over een geschikte onderzoeksvraag, zijn veel leerlingen van groep 8, waar ze ook aan het waterproject werken, al een stapje verder. Een paar kinderen onderzoeken wat de functie is van draaikolken. Enkele meisjes willen weten in welke landen mensen niet beschikken over goed drinkwater. Een leerling bekijkt achter de PC een filmpje over de Watersnoodramp uit 1953. Enkele kinderen bespreken hoe ze via de e-mail kunnen overleggen als ze thuis aan hun project werken. En twee jongens, een laptop op schoot, zoeken informatie over wat je nodig hebt bij diepzeeduiken. ‘Misschien kan de brandweer ons daar meer over vertellen? Dan zouden we een interview kunnen houden’, oppert een van hen. ‘Kritisch denken, samenwerken en communiceren, allemaal belangrijke 21ste-eeuwse vaardigheden, komen bij zo’n interview aan bod’, zegt Sigrid. ‘Het is heel goed dat er in dit project aandacht is voor activiteiten buiten de school.’

Nieuwe aanpak
Bij GBS De Horizon zijn ze sinds een jaar of drie bezig met het vernieuwen van het onderwijs. ‘In 2010 waren we op zoek naar nieuwe methoden voor de zaakvakken’, vertelt Marjon Tromp, leerkracht van groep 4. ‘We willen opleiden voor de toekomst en vonden dat onze toenmalige aanpak niet meer aansloot bij de huidige technologische en maatschappelijke ontwikkelingen.’ In hun zoektocht naar nieuwe methoden, stuitte het team op ‘SingaporeNext’, een samenwerkingsinitiatief van verschillende schoolbesturen en andere onderwijspartijen met als doel innoverend leren in een ICT-rijke leeromgeving te realiseren. ‘Via SingaporeNext konden we tegen gunstige voorwaarden minilaptops aanschaffen’, vertelt Marjon. ‘Ook kregen we scholing in hoe je leerlingen helpt met hun eigen onderzoek.’ Tegenwoordig werkt de school bij de zaakvakken aan projecten, waarbij verschillende 21ste-eeuwse vaardigheden aan bod komen. Wekelijks zijn de leerlingen twee middagen bezig met een project; ieder project duurt ongeveer zes weken. ‘De leerlingen zijn heel enthousiast’, vertelt Paula van Beveren, leerkracht van groep 8. ‘Ze vinden het leuk dat ze hun eigen nieuwsgierigheid kunnen volgen. Wij bepalen wel het projectthema, bijvoorbeeld ‘Olympische Spelen’, ‘kinderarbeid’ of ‘natuurverschijnselen’, maar zij kiezen vervolgens zelf welk aspect ze uitdiepen. Ze weten al vrij goed volgens welke stappen je een onderzoek kunt opzetten; daar worden ze steeds handiger in. En ze beheersen ook steeds meer manieren om hun bevindingen te presenteren. Ik heb muurkranten gezien, papieren folders, websites, powerpoints, quizzen, gefilmde interviews. En allemaal van behoorlijke kwaliteit. De kinderen bekijken elkaars presentaties en geven de makers tips en tops. Ik vind dat zij nu echt meer leren dan toen we nog met een methodeboek werkten.’ Volgens Sigrid werken kinderen in zo’n project aan de vakoverstijgende competenties die ze nodig hebben om te kunnen functioneren in een snel veranderende maatschappij. ‘Ze leren op een andere manier denken: probleemoplossend, creatief, innovatief, kritisch, beslissingen nemend. Het gaat ook om andere manieren van werken: meer nadruk op communicatie en samenwerking, ICT en informatievaardigheden. En de blik is naar buiten gericht, op de wereld om je heen.’ Sigrid benadrukt overigens dat met name traditionele vernieuwingsscholen zich vanuit hun pedagogische visie al veel langer richten op brede vorming, het betrekken van de buitenwereld bij het leren.

Samenwerken
GBS De Horizon introduceerde de 21ste-eeuwse vaardigheden eerst in de bovenbouw. ‘Sinds kort zijn we er echter ook in de middenbouw mee gestart’, zegt Marjon. ‘Daar ligt het accent op de vaardigheid samenwerken. In groep 4 mogen de kinderen een paar keer per week zelf kiezen waarmee ze werken: kapla, blokken, blokken, knex, boeken, strips, rekenmateriaal, tekenspullen. Ze krijgen dan een groepsopdracht, bijvoorbeeld: bouw een kasteel. Ik kijk hoe het samenwerken verloopt en leg mijn bevindingen vast. Ook begeleid ik kinderen als het samenwerken niet zo goed lukt.’ Samen met SLO ontwikkelt de school een leerlijn voor samenwerken. Sigrid: ‘De 21ste-eeuwse doelen kun je op elk niveau definiëren. Zo kun je kleuters al over belangrijke aspecten van samenwerken leren: luisteren naar elkaar, wachten op je beurt, samen delen, rekening houden met elkaar. Een leerlijn zorgt ervoor dat je de vaardigheid jaar na jaar verder uitbouwt, idealiter van primair onderwijs tot en met hoger onderwijs. Een belangrijke vraag hierbij is of je de vaardigheid aanbiedt als apart onderdeel of integreert in het bestaande aanbod. Dit laatste is het meest logisch, omdat vaardigheden niet los staan van inhouden en ook omdat dit praktisch het meest haalbaar is.’ Sigrid stelt dat veel 21ste-eeuwse vaardigheden eigenlijk niet zo ‘nieuw’ zijn. ‘Samenwerken is altijd belangrijk geweest. Maar, passend bij de 21ste eeuw, kan het meer nadruk en “kwaliteit” krijgen. SLO kan suggesties doen over hoe je de didactiek van samenwerken vormgeeft. Overigens: we weten dat leerkrachten al winst boeken in hun onderwijs, alleen maar door voor zichzelf op een rijtje te zetten wat samenwerken inhoudt. Als ze dat helder hebben, kijken ze gerichter en kunnen ze het samenwerken van leerlingen beter stimuleren.’

Digitale geletterdheid
GBS de Horizon besteedt in de vakoverstijgende projecten veel aandacht aan ICT en wil het onderwijs in digitale geletterdheid de komende tijd nog verder gaan ontwikkelen. Deze vaardigheid bestaat volgens SLO uit verschillende elementen. Ten eerste: basiskennis van ICT, van gangbare hardware en software. Ook computational thinking hoort hierbij: het besef dat je ICT kunt inzetten voor het oplossen van problemen. Dan mediawijsheid: de kennis, vaardigheden en mentaliteit die nodig zijn om bewust, kritisch en actief om te gaan met media. En ten slotte informatievaardigheden: het kunnen signaleren en analyseren van een informatiebehoefte en op basis hiervan het kunnen zoeken, selecteren, verwerken en gebruiken van relevante informatie. Volgens een rapport van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen uit 2012 moet de digitale geletterdheid van leerlingen sterk verbeterd worden. Het Ministerie van OCW en SLO onderschrijven het belang van digitale geletterdheid. ‘Ook wij kunnen er als school nog wel een slag in maken’, vindt Marjon. ‘We doen wel veel rondom ICT, informatievaardigheden en mediawijsheid, maar onze bovenbouwleerlingen vinden het bijvoorbeeld nog lastig om te beoordelen in hoeverre de informatie die ze op internet vinden betrouwbaar is. En wij als leerkrachten soms ook.’ ‘Bovendien werken we in de onder- en middenbouw nog niet heel gericht aan het ontwikkelen van digitale geletterdheid’, vult Paula aan. ‘We gaan daar wel mee starten. De nadrukt zal dan liggen op basale aspecten, zoals: Hoe sla je informatie op je computer op?’

Kerndoelen
SLO heeft onderzocht hoe 21ste-eeuwse vaardigheden (waaronder digitale geletterdheid) terugkomen in de kerndoelen. ‘We turfden hoe vaak deze vaardigheden letterlijk worden genoemd’, vertelt Sigrid. ‘De conclusie? Al met al is de aandacht voor 21ste-eeuwse vaardigheden summier en weinig sturend. In de uitwerkingen van de kerndoelen in tussendoelen en leerlijnen komen de 21ste-eeuwse vaardigheden iets uitgebreider aan bod. Uiteindelijk laten scholen zich echter vooral leiden door methodes. Momenteel analyseren we daarom middels een steekproef in hoeverre de 21ste-eeuwse vaardigheden een plek hebben in een aantal leermiddelen. Daarna onderzoeken we bij een twintigtal scholen hoe zij in de praktijk hiermee aan de slag gaan.’ Het onderzoek van SLO resulteert in een inventarisatie van waar scholen staan wat betreft de 21ste-eeuwse vaardigheden. ‘Ook willen we duidelijk krijgen waaraan de scholen behoefte hebben op het gebied van de 21ste-eeuwse vaardigheden’, aldus Sigrid. De resultaten zullen gepresenteerd worden tijdens de OnderwijsResarchDagen in juni 2014.

Acht 21ste-eeuwse vaardigheden
Wat zijn 21ste-eeuwse vaardigheden eigenlijk? ‘Daarover bestaat geen overeenstemming in het onderwijs en daarbuiten’, vertelt Sigrid. ‘In opdracht van het Ministerie van OCW heeft SLO daarom literatuuronderzoek gedaan om dit te verhelderen. Uiteindelijk zijn we gekomen tot acht 21ste-eeuwse vaardigheden: 1. creativiteit; 2. kritisch denken; 3. probleemoplossend vermogen; 4. communiceren; 5. samenwerken; 6. sociale en culturele vaardigheden; 7. zelfregulering; 8. digitale geletterdheid.’ SLO heeft een kader ontwikkeld, waarmee 21ste-eeuwse vaardigheden geduid kunnen worden voor het onderwijs: Digitale geletterdheid en 21e eeuwse vaardigheden in het funderend onderwijs: een conceptueel kader (te downloaden via: www.slo.nl).

Eerder verschenen in SLO Context (2014).

Dit artikel is 2916 keer bekeken