‘Meedoen in de maatschappij doet mensen goed’
In de regio Arnhem-Nijmegen zorgen cliënten met een licht verstandelijke beperking ervoor dat de bussen van vervoermaatschappij Breng er tiptop uitzien. Ook voeren zij diverse servicetaken uit, zoals het verstrekken van reisinformatie op de stations. ‘Ze groeien enorm door het project’, constateren de AB’ers die hen begeleiden.
Vroeger, dat wil zeggen, een jaar of vier geleden, had Jan van Maalen zijn dagbesteding bij ‘t Trefpunt, een activiteitencentrum van zorgorganisatie Pluryn in Groesbeek (nabij Nijmegen). Daar was hij vooral creatief bezig. ‘Ik tekende en schilderde heel veel’, vertelt hij. ‘Dat vond ik best leuk. Maar als ik mag kiezen, werk ik toch liever hier.’ Hier, dat is bij busmaatschappij Breng (onderdeel van Connexxion) in Nijmegen. Jan is er iedere maandag, dinsdag en vrijdag te vinden. Als medewerker van het Cleanteam zorgt hij er samen met zijn collega’s voor dat de tijdelijk stilstaande bussen na hun dienst weer netjes worden gemaakt. ‘Ik lap de ramen, maak prullenbakken leeg, spuit de wielen schoon met de hogedrukspuit en ik vervang posters en foldertjes in de bussen’, somt hij op. ‘Die afwisseling tussen de verschillende taken vind ik heel erg leuk. Verder vind ik het contact met mijn collega’s en de chauffeurs prettig.’
Het allerleukste vindt Jan het om ingezet te worden als services steward. ‘Dan mag ik meerijden met de bus’, vertelt hij. ‘Ik begeleid oudere mensen met rolstoelen en rollators. Eerst zeg ik netjes: goedemorgen, kan ik u misschien helpen? Dan help ik met instappen en leg ik uit waar de stopknop zit. En ik help met uitstappen.’
Streven naar inclusie
De eerste aanzet tot de oprichting van het Cleanteam werd in 2009 gegeven door de Stadsregio Arnhem Nijmegen (SAN). ‘Het SAN is verantwoordelijk voor het openbaar vervoer binnen deze regio’, vertelt buschauffeur en Cleanteambegeleider Richard de Ridder. ‘In 2009 werd de concessie voor het openbaar vervoer in dit gebied exclusief aan Connexxion toegekend. Dit betekent dat Connexxion als enige vervoermaatschappij in deze regio actief mag zijn. Een voorwaarde was dat de onderneming werk zou maken van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Daarom zocht Connexxion contact met diverse organisaties op het gebied van zorg, welzijn en dagbesteding. Met twee organisaties – Pluryn en De Driestroom – is de afspraak gemaakt dat zij samen met Connexxion een project zouden gaan doen op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen.’
Het voorstel van Connexxion om de handen ineen te slaan, kwam als geroepen, weet Theo Janssen, activiteitenbegeleider bij Pluryn, nog. ‘Binnen Pluryn waren we juist op zoek naar plekken voor arbeidsmatige dagbesteding in bedrijven, vanuit het streven naar inclusie. Dit houdt in dat we uitgaan van de competenties van mensen met een beperking en dat we samen met hen de randvoorwaarden creëren om een bijdrage te leveren aan de samenleving. Met andere woorden: we zoeken naar plaatsen in bedrijven of organisaties waar cliënten betaald of onbetaald kunnen werken in een aangepaste omgeving. Samen met Connexxion en De Driestroom hebben we toen het Cleanteam in het leven geroepen: een groep mensen met een verstandelijke beperking die de 170 bussen van Breng schoonmaakt.’
Voorzichtige start
Het project ging in 2009 kleinschalig van start, met (vanuit Pluryn) zes Cleanteammedewerkers en één AB’er. Richard de Ridder was vanaf het begin de contactpersoon namens Breng; hij zorgt dat er voldoende werk is en zet de bussen klaar. ‘De eerste periode was bedoeld om uit te proberen en af te tasten’, vertelt Theo. ‘We brachten in kaart welke taken de medewerkers zouden kunnen verrichten en al experimenterend pasten we onze werkwijze aan.’
Aanvankelijk moesten de chauffeurs en het Cleanteam behoorlijk aan elkaar wennen, weet Richard nog. ‘Sommige chauffeurs waren direct enthousiast, anderen reageerden vooral chagrijnig op de komst van het Cleanteam, bijvoorbeeld omdat het in de pauzes drukker werd in de kantine. Zij maakten soms lompe opmerkingen; ze twijfelden er bijvoorbeeld hardop aan of mensen met een verstandelijke beperking wel goed werk zouden kunnen leveren. Maar die weerstand is helemaal verdwenen toen bleek hoeveel netter de bussen eruitzien sinds de komst van het Cleanteam. De chauffeurs zijn blij met de schone bussen. Tegenwoordig horen de mensen van het Cleanteam er echt bij.’
Momenteel wordt het project drie dagen in de week gedraaid door de medewerkers van Pluryn en twee dagen per week door De Driestroom. Op de dagen dat Pluryn er is, zijn er dertien mensen van het Cleanteam aanwezig bij de busmaatschappij: elf mannen en twee vrouwen, in leeftijd variërend van achttien tot in de vijftig. Zij worden begeleid door twee AB’ers: Theo en zijn collega Marleen Remy.
Connexxion betaalt aan Pluryn een vergoeding voor het werk dat de medewerkers verrichten. De medewerkers ontvangen geen loon, maar krijgen wel een busabonnement waarmee ze vrij reizen.
Verder krijgen ze allemaal een kerstpakket. En eens per jaar maakt het team een uitstapje, meestal naar De Efteling, dat afgesloten wordt met een etentje. ‘Het werk, maar ook de extra’s dat het met zich meebrengt, zorgen ervoor dat een plek bij het Cleanteam erg gewild is bij onze cliënten’, stelt Theo.
Medewerkers groeien
Theo, Marleen en Richard letten erop dat de taken die medewerkers uitvoeren passen bij hun mogelijkheden en interesses. ‘Er is hier geen dwang’, zegt Richard. ‘De ontwikkeling van de medewerkers staat centraal.’ De drie signaleren dat de medewerkers enorm groeien door het project. ‘Ze doen allerlei arbeidsvaardigheden op, zoals: op tijd komen, je houden aan regels en veiligheidsvoorschriften, samenwerken, omgaan met kritiek. Ze ervaren ook dat hun bijdrage gewaardeerd wordt door de chauffeurs en dat ze echt meetellen’, zegt Marleen. ‘Bovendien verbreden en vergroten zij hun wereld, dankzij ontmoetingen op de werkvloer van Breng en het vrij reizen.’ Sommige medewerkers hebben zich binnen het project ontwikkeld tot services steward. Zij informeren reizigers bijvoorbeeld over de reistijden, delen folders uit en tellen soms, in opdracht van Breng, het aantal passagiers op bepaalde routes. Cleanteammedewerkers die aan de slag willen als services steward, volgen eerst een tweedaagse training van Breng.
In februari 2012 ontvingen de cliëntmedewerkers van het Cleanteam een certificaat voor hun werk, uitgereikt namens Breng. ‘Voor sommigen was het hun eerste diploma. Ze werden er echt emotioneel van’, blikt Richard terug. ‘Het werk hier is voor enkelen ook een opstapje geweest naar een betaalde functie, bijvoorbeeld bij een fietsenmaker.’
Pluim en prijs
Het Cleanteam is geen concurrent van het reguliere schoonmaakbedrijf van Breng. ‘Dat schoonmaakbedrijf is, net als voorheen, verantwoordelijk voor “de grote lijn” van het poetswerk en voor het aftanken van de bussen’, vertelt Marleen. ‘Het Cleanteam doet de klussen die voorheen bleven liggen, zoals het regelmatig lappen van de ramen, lichte herstelwerkzaamheden aan de buitenkant, het stomen van de bekleding van de stoelen in de bussen en het controleren van de kralenmatjes waarop de chauffeurs zitten tijdens het rijden.’
Met het Cleanteam zijn geen afspraken gemaakt over het aantal te poetsen bussen op een dag of in een week/maand. Wel zijn er kwaliteitsafspraken over hoe schoon de bussen behoren te zijn. Regelmatig krijgt iedere bus een zogeheten A-beurt. Dit betekent dat hij grondig wordt schoongemaakt en dat de medewerkers van het Cleanteam vervolgens zelf aan de hand van een aantal punten nalopen of dat goed is gebeurd. ‘Daarna controleert de busmaatschappij dit ook nog een keer’, zegt Richard. ‘Is de bus spic en span, dan geven we de medewerkers een pluim. Zijn er verbeterpunten mogelijk, dan geven we die ook aan. De medewerkers pikken dat meestal goed op. En het resultaat mag er wezen. Uit landelijke benchmarks blijkt dat we hoog scoren. Onze bussen horen bij de netste van Nederland.’
In 2013 kreeg het project ‘Cleanteam en services stewards’ de Trophée de l’innovation et du développement durable, een internationale prijs die jaarlijks door Caisse des dépôts (een investeringsgroep) wordt toegekend aan een project dat een grote bijdrage levert aan duurzame en sociale samenhang. Het project versloeg wereldwijd 126 concurrenten.
Omschakeling
Voor de AB’ers betekende de komst van het Cleanteam een andere manier van werken. ‘De begeleiders zijn niet langer de spil’, zegt Marleen. ‘Binnen het bedrijfsleven van Breng draaien de medewerkers van Pluryn gewoon mee; we proberen zo min mogelijk zorg naar de werkvloer te halen. “Onze” medewerkers houden zich aan de geldende werkafspraken en veiligheidseisen en kunnen ook aangesproken worden op hun gedrag door de chauffeurs en terreinmedewerkers van Breng. Als begeleiders zijn we vooral ondersteunend aanwezig en hebben we een coachende rol. Onze taak is tegenwoordig vooral om deelnemers te motiveren en ze bepaalde vaardigheden aan te leren.’
De komst van de Wmo zal er ongetwijfeld toe leiden dat meer mensen hun dagbesteding buiten de deur zullen krijgen, denkt Theo. ‘De Wmo legt het accent immers op zelfredzaamheid en meedoen in de samenleving. Dat betekent dat het voor begeleiders nog belangrijker wordt dat zij contacten leggen en onderhouden met bedrijven en organisaties’ (zie kader).
Ondanks bezuinigingen, wil Pluryn de dagbesteding zoveel mogelijk in de samenleving blijven organiseren. ‘Pluryn vindt participatie belangrijk’, zegt Marleen. ‘Tegelijkertijd is arbeidsmatige dagbesteding buiten een instelling misschien niet voor alle mensen haalbaar. Er zullen volgens mij ook in de toekomst mensen zijn die een beschermde vorm van dagbesteding nodig hebben, vanwege hun beperking. Hopelijk zullen zij daar onder de Wmo nog steeds een indicatie voor krijgen.’
Uitbreiden
Theo, Marleen en Richard hopen het project in de toekomst te continueren en verder uit te bouwen. ‘We hebben het geluk dat onze cliënten dankzij hun busabonnement geen last hebben van de bezuinigingen op het taxivervoer, zodat ook mensen van buiten Nijmegen hopelijk kunnen blijven deelnemen’, zegt Theo. De begeleiders onderzoeken momenteel zij hoe ze de services stewards straks beter kunnen inzetten op Nijmegen Centraal Station. ‘Momenteel is de verkeerssituatie daar erg onveilig, mede door de nieuwbouw van een muziekcentrum’, vertelt Marleen. ‘Als het pand wordt opgeleverd, gaan we bekijken hoe we onze mensen op het busstation kunnen inzetten om passagiers te ondersteunen.’ ‘Verder willen we bij het nieuw te bouwen treinstation Nijmegen-Goffert misschien de fietsenstalling gaan beheren’, vult Theo aan. ‘Zo hopen we ook meer cliënten te kunnen laten instromen in het project. Er is namelijk een wachtlijst. En omdat het verloop bij dit project gering is, staan sommigen daar al een tijdje op. Daarom zou het mooi zijn als we straks meer mensen kunnen plaatsen.’
[kader]
Nieuw type professional
Er is een nieuw type professional nodig: ondernemend, ontwikkelingsgericht en resultaatgericht. Credo: ‘minder zorgen voor, maar zorgen dat’.
Dat staat te lezen in Dagbesteding voorbereid op de transitie AWBZ-WMO. Vernieuwing in de arbeidsmatige dagbesteding van Vilans en Movisie uit 2013. Volgens deze publicatie ondersteunt een begeleider-nieuwe-stijl in alle vaardigheden die horen bij het leren een goede werknemer en fijne collega te zijn. Dat kan gaan van ‘schone kleren aan naar je werk’ tot ‘leren wanneer en hoe je een collegiaal gesprekje beëindigt’. Begeleiders dienen onder meer een ondernemingsgeest te hebben, te denken in mogelijkheden, de eigen regie van de cliënt te versterken en ontwikkelingsgericht en resultaatgericht te ondersteunen. Bovendien moeten ze servicegericht zijn en de bedrijfscultuur aanvoelen. ‘Dat kan betekenen: geen muziek aan, een langere pauze mag wel eens, maar bovenaan staat: het werk moet af!’
[einde kader]
Dit artikel verscheen eerder in AS; Maandblad voor de Activiteitensector (2014).
Om privacyredenen zijn de namen van cliënten gefingeerd.